Tuesday, November 02, 2004

Paulus is van z'n paard gebliksemd

en de wollie ook


This is BY FAR the best flemish poem ever, not incedently it comes from Antwerp, enjoy :

Toen hij bespeurde hoe den nevel van den tijd
In d'n ogen van zijn vrouw de vonken uit kwam doven,
haar wangen had verweerd, haar voorhoofd had doorkloven,
toen wendde hij zich af en vrat zich op van spijt.

Hij vloekte en ging te keer en trok zich bij den baard
en mat haar met den blik, maar kon niet meer begeren
hij zag de grootste zonde in duivelsplicht verkeren
en hoe zij opkeek als een stervend paard.

Maar sterven deed zij niet, al zoog zijn helse mond
het merg uit haar gebeente, dat haar toch bleef dragen
Zij dorst niet spreken meer, niet vragen of niet klagen
en rilde waar zij stond, maar leefde en bleef gezond

Hij dacht : ik sla haar dood en steek het huis in brand
ik moet de schimmel van mijn stramme voeten wassen
en rennen door het vuur en water plassen
tot bij een ander lief in enig ander land

Maar doodslaan deed hij niet, want tussen droom en daad
staan wetten in den weg, en praktische bezwaren
en ook weemoedigheid, die niemand kan verklaren
en die des avonds komt, wanneer men slapen gaat

Zo gingen jaren heen, de kindren werden groot
en zagen dat de man die zij hun vader heetten
bewegingloos en zwijgend bij het vuur gezeten
een godvergeten en vervaarlijken aanblik bood

Astemblieft !

No comments: